Geachte mevrouw Van Gastel,

In uw brief van 30 maart 2000 schrijft u aan de gemeenteraad dat u hebt besloten om uw werkzaamheden als voorzitter van de commissie voor de behandeling van de bezwaar- en beroepschriften te beëindigen. Uw ontslag is door de gemeenteraad in zijn vergadering van 27 april 2000 voor kennisgeving aangenomen. Over de in uw brief genoemde aanleiding tot uw ontslagname is uitvoerig gediscussieerd in de vergaderingen van de commissie Algemeen Bestuurlijke Zaken van 13 april en 11 mei 2000. Daarnaast heeft er naar aanleiding van uw ontslag een gesprek plaatsgevonden met de overige leden en de plaatsvervangend voorzitter van de commissie.

Hoewel wij begrip hebben voor uw standpunt, door u ingenomen naar aanleiding van ons besluit op de bezwaarschriften gericht tegen de komst van het asielzoekerscentrum (NR: ook hier worden de feiten weer verdraaid!), betreuren wij uw besluit ten zeerste. Zoals wij ook hebben aangegeven in ons gesprek met de overige leden van commissie, hebben wij uw kritiek op dit besluit ter harte genomen. Uw visie op de rol van de commissie, zoals door u in uw brief beschreven, wordt door ons college gedeeld.

Temeer betreuren wij uw vertrek omdat wij de mening zijn toegedaan dat de commissie onder uw leiding op een uitstekende wijze haar taak heeft verricht, waarbij naast het belangrijke adviserende element ook de bemiddelende rol van de commissie een belangrijke rol heeft gespeeld. Een zaak die ons in dat verband nog helder op het netvlies staat is de kwestie van de familie Tonckens uit Westervelde.

Helaas heeft uw besluit om af te treden ongewild een politieke lading gekregen waarbij de discussie -ook in de pers- zich meer toespitste op de omstandigheden rondom het aftreden op zich dan op de achterliggende reden van uw ontslagname. Gelet op de in de afgelopen jaren altijd prettige sfeer waarin de contacten zijn verlopen, menen wij dat een gepast afscheid van u op zijn plaats is. Daarom nodigen wij u uit voor een afscheidsdiner, waarbij aanwezig zullen zijn: de leden van kamer 1 van de commissie, de heer mr. G. Kaaij waarmee u reeds langere tijd heeft samengewerkt en die momenteel plaatsvervangend voorzitter is van de commissie en de heer J. Zwiers, secretaris van de commissie. De heer Zwiers zal hierover binnenkort met u contact opnemen.

Wij hopen dat u, ondanks de afgelopen paar roerige maanden, terug kunt zien op een prettige periode in uw functie als voorzitter van de commissie voor de behandeling van bezwaar- en beroepschriften in onze gemeente. Wij zijn u zeer erkentelijk voor uw inzet.

Met vriendelijke groet,

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Noordenveld

J. Verkerk , burgemeester A.H. Doornbos, secretaris